Snij de halfbevroren biefstuk met een zeer scherp mes in zo dun
mogelijke plakjes en leg ze op een grote schaal. Zet de schaal in de
koelkast. Snij de
uien in 6 partjes. Snij de lente-uitjes in reepjes van 4 cm. Snij
ook de wortel in juliennereepjes van 4 cm, veeg de champignons schoon en
snij ze doormidden. Was de taugé en snij de bamboescheuten in stukjes van gelijke grootte.
Blancheer de noedels in 2-5 minuten zacht. Kook ze niet te gaar. Laat ze uitlekken en knip ze
in stukjes van ongeveer 5 cm zodat ze gemakkelijk met stokjes gegeten
kunnen worden. Leg groenten en noedels bij het vlees op de schaal.
Verhit vlak voordat je aan tafel gaat een grote braadpan en bestrijk die
licht met olie. Als de pan heet is, ongeveer eenderde van de
ui, lente-ui, wortel, champignons en bamboescheuten in ongeveer
2 minuten roerbakken (alles zoveel mogelijk apart houden). Schuif de groenten
aan de kant van de pan. Doe ongeveer eenderde van de taugé en de
noedels in de pan, roerbak ze voorzichtig in 1 minuut en schuif ze dan bij
de andere ingrediënten naar de zijkant van de pan. Leg eenderde van de
plakjes vlees in één laag op de bodem van de pan en bak ze 30 seconden per
kant. Bak het vlees vooral niet te lang. Schep bijvoorbeeld wat
sesamzaadsaus over het vlees en roer even door tot alles mooi bruin is.
Zet het vuur laag en schep alle ingrediënten vlak voor het opdienen voorzichtig door elkaar.